10 takeaways voor huisvesting arbeidsmigranten
Donderdag 24 september hostte Seinpost/ZKA (nu Ginder) het werkatelier arbeidsmigrantenhuisvesting. Een urgent onderwerp dat door de ontwikkelingen rondom corona nog urgenter is geworden. Niet voor niks is het aanjaagteam bescherming arbeidsmigranten o.l.v. Emile Roemer versneld met aanbevelingen gekomen. Toch gebeurt er in de praktijk en daadwerkelijke uitvoering te weinig. Er is nog steeds te weinig aandacht, kennis en bestuurlijke moed om de opgave daadwerkelijk bij de kop aan te pakken. De aanbeveling van het aanjaagteam was de leidraad van het gesprek dat we in het Labour Hotel Waalwijk met huisvesters, gemeenten en provincie voerde.
Sprekers Joep Thönissen (voorzitter Vereniging Huisvesting Arbeidsmigranten), Robert Kurzak (directeur KAFRA Housing), Willem Kraanen en Joep Janssen (Ginder) deelden hun analyse en praktische kennis en met enkele prikkelende stellingen is er discussie gevoerd en het beeld op de problematiek aangescherpt. 10 takeaways die we graag delen:
1. De aanbevelingen van het aanjaagteam helpen bij het onderkennen van urgentie en agenderen het onderwerp opnieuw, maar zijn nog onvoldoende concreet (zeker op lange termijn). De aanbevelingen zijn talrijk, richten zich op verschillende stakeholders en beslaan het hele spectrum van de opgave. Maar waar en hoe begin je nu met het aanpakken van de opgave? Voor je het weet kijkt iedereen (weer) naar elkaar om de eerste stap te zetten. Wij zien de huisvestingsopgave als bepalende (belemmerende) factor in het aanpakken van de opgave.
2. Arbeidsmigrantenhuisvesting heeft een sleutelpositie in het aanpakken van de opgaven die spelen rondom arbeidsmigratie. Op het moment dat er genoeg en kwalitatief goede huisvesting is gerealiseerd, kunnen opgaven rondom registratie, integratie, acceptatie, arbeidsmarkt, certificering, uitbuiting, verdringing, vestigingsklimaat, concurrentiepositie en volksgezondheid ook veel beter worden opgepakt. Met andere woorden arbeidsmigrantenhuisvesting is de sleutel voor een succesvolle integrale arbeidsmigranten aanpak.
3. Corona drukt ons wederom met de neus op de feiten, arbeidsmigrantenhuisvesting is een urgente opgave. Het urgentiegevoel bij gemeenten ontbreekt nog wel eens. Op bestuurlijk niveau wordt er soms wel over besproken, maar in de daadwerkelijke uitvoering gebeurt er te weinig. Hierbij is het zaak om oorzaak en gevolg om te draaien: niet pas te acteren op het moment dat er een overlastsituatie ontstaan is, of nog erger, excessen rondom uitbuiting ontstaan zijn, maar proactief aan de slag om huisvesting aan de voorkant goed te regelen. Het beeld dat er in Nederland ruim meer dan 100.000 kwalitatief goede bedden moeten worden gerealiseerd, wordt algemeen herkent. Ga dus aan de slag! Huisvestingsproblematiek speelt in vrijwel iedere gemeente en door het onderwerp te negeren of voor zich uit te schuiven worden malafide uitzendbureau’s en huisvesters alleen maar in de kaart gespeeld en blijven de problemen het nieuws beheersen.
4. We verliezen de internationale concurrentiepositie van BV Nederland ten opzichte van andere landen op de internationale arbeidsmigrantenmarkt met name door het tekort aan kwalitatief goede huisvesting. Duitsland heeft een grotere opgave voor de arbeidsmarkt en investeert in kwalitatief goede short stay huisvestingsmogelijkheden en in een sterk netwerk. De Scandinavische landen betalen beter en de lonen in Polen trekken zelf ook aan. Arbeidsmigranten accepteren geen slechte huisvesting meer en kiezen voor andere gebieden.
5. Arbeidsmigrantenhuisvesting op niet vitale vakantieparken is een kans om te transformeren. Dit wil niet zeggen dat elk niet vitaal vakantiepark (en in mindere mate trouwens ook hotels) moeten worden getransformeerd naar huisvesting voor arbeidsmigranten. Maar de aanwezigheid van arbeidsmigranten is aanleiding om goed na te denken op welke manier er (wel) kwalitatief goede huisvesting gerealiseerd kan worden. Soms op het vakantiepark soms op een andere manier anders. Alleen handhavend optreden is niet genoeg (waterbed effect).
6. Arbeidsmigrantenhuisvesting is een thema dat regionaal moet worden opgepakt. Uitgaande van reële cijfers (de juiste urgentie). Waterbed effecten moeten worden voorkomen. Kwaliteit en draagvlak moet voorop staan, en bij een goede regionale aanpak ontstaan er kansen voor meer. Zoals kansen voor sectoren waar te weinig aanbod op de arbeidsmarkt is (zoals bijvoorbeeld in de zorg). Als de urgentie nog steeds niet gevoeld wordt, bereiken we langzaamaan het punt dat een taakstelling (vanuit het rijk) misschien de manier is om regio’s te dwingen in actie te komen.
7. Er moet zowel op korte en middellange termijn naar oplossingen worden gezocht, maar tegelijkertijd ook aan structurele oplossingen worden gewerkt. Wij staan voor een tweesporen aanpak. Om in de grootste urgentie te voorzien wordt flexibiliteit en durf in ruimtelijke plannen en kaders gevraagd. Denk aan een tijdelijke vrijstelling en flexibele oplossingen op bedrijventerreinen. Tegelijkertijd kan er dan samen met alle stakeholders worden gewerkt aan structurele constructies en oplossingen voor de langere termijn.
8. Arbeidsmigrantenhuisvesting hoort een thema te zijn binnen de op te stellen omgevingsvisies. Bij het realiseren van nieuwe bedrijvigheid hoort ook een visie op de rol van de arbeidsmigrant en de manier waarop hij gehuisvest wordt. Dit vraagt om integraal beleid waarbij behalve ruimte en economie ook wonen en de sociaal maatschappelijke component betrokken zijn.
9. Een eenduidige normering is wenselijk en nieuwe locaties moeten gaan voldoen aan die hogere kwalitatieve normering. Het bestaan van twee verschillende normeringen (De SNF en AKV Norm) is niet wenselijk. Ook bestaat het besef dat de huidige SNF norm het minimale basisniveau is en misschien al wel achterhaald is. Er moet toegewerkt worden naar een duidelijke goed toetsbare basisnormering die toekomstbestendig is (ook met de recente coronaontwikkelingen). Bij nieuwe ontwikkelingen is het dus zaak nu al te anticiperen op hogere kwaliteitseisen.
10. Ga het gesprek aan met de huisvesters en werkgevers. Huisvesting moet uitvoerbaar zijn. Zij weten op welke manier dit gerealiseerd kan worden en spreek elkaar aan op verantwoordelijkheden. Ketenverantwoordelijkheid is een kernbegrip aan het worden. Werkgevers (inleners) kunnen zich niet meer verschuilen achter de uitzendbureaus en de huisvesters. Maar ook overheden en gemeenten kunnen hun verantwoordelijkheid niet meer blijven ontlopen, er moet letterlijk ruimte worden gemaakt voor huisvesting. Blijf praktisch en pragmatisch, neem je bestuur daarin mee. Ga vroegtijdig het omgevingsdialoog aan en werk aan het creëren en behouden van draagvlak. Vergeet de omgeving na realisatie niet, en blijf in gesprek en draag ook uit wat goed gaat, zodat er lokaal draagvlak wordt gecreëerd.
Half oktober komt het aanjaagteam met zijn definitieve aanbevelingen, wij gaan er dan meteen weer verder mee aan de slag en zullen weer wat geleerde lessen delen. Willen jullie met ons sparren over het onderwerp van arbeidsmigrantenhuisvesting, transformatie van recreatieparken, de integrale aanpak, het creëren van draagvlak, het maken van beleid of het realiseren van een locatie? Neem dan contact op met onze adviseurs Joep, Willem of Luc. Wij gaan graag met u in gesprek.
MEER WETEN OVER DIT ONDERWERP?
EENS VAN GEDACHTEN WISSELEN?
We komen graag met je in contact!